Ook investeert het college in extra middelen voor ondersteuning van minima, een impuls voor het jongerenwerk, het versterken van de lokale economie, verbeteringen aan groene ruimtes en de algemene leefomgeving, sportvelden en wegen. “Mede dankzij de opgebouwde reserves hebben we nu ruimte om te investeren in onze gemeente”, aldus Hans Heesen, wethouder Financiën.
Toch zijn er ook zorgen over de toekomst vanwege de onzekerheid over geld van het Rijk. “Voldoende financiële middelen voor gemeenten zijn cruciaal voor een stabiele samenwerking met het Rijk, maar de verwachte daling van het gemeentefonds in 2026 baart zorgen. We kunnen als gemeente alleen onze taken uitvoeren als we daar ook voldoende rijksmiddelen voor krijgen. De Rijksbegroting biedt vooralsnog weinig perspectief”, aldus Heesen.
Ook staat de gemeente voor grote opgaven, zoals het verbeteren van bereikbaarheid, het vernieuwen van schoolgebouwen en vraagstukken op het gebied van duurzaamheid. “Ondanks goede kostenramingen brengen deze opgaven onzekerheid met zich mee. Dit vraagt om een duurzame begroting en voldoende reserves. Onze reservepositie blijft met deze begroting op voldoende niveau. Het is zaak dit de komende jaren zo te houden”, aldus Heesen.